Stroom aan/uit: Houd de aan / uit -knop op zowel de zender als de ontvanger gedurende 3 seconden ingedrukt om de apparaten in of uit te zetten.
Laadindicator: Een rood licht zal tijdens het opladen verlichten en wordt automatisch uitgeschakeld wanneer volledig opgeladen.
Vermogensindicator: Het vermogensniveau wordt weergegeven in percentages (25% - 100%). Wanneer alle lichten uit zijn, geeft dit aan dat de batterij moet worden opgeladen.
Verbindingsindicator: Een wit licht op zowel de zender als de ontvanger duidt op een stabiele verbinding. Als het licht op de ontvanger afgaat, betekent dit dat de verbinding verloren is gegaan en dat het apparaat opnieuw moet worden gestart voor automatische herverbinding.
Frequentieconversie: Om de frequenties te wijzigen, drukt u eenmaal op de aan / uit -knop op de zender. De ontvanger volgt automatisch de nieuwe frequentie van de zender.